Experiencing is een lichaamsgerichte methode voor traumaverwerking, ontwikkeld door Peter Levine. Trauma zit niet in de gebeurtenis zelf, maar in de reactie van ons zenuwstelsel op wat er is gebeurd. Als er iets té snel, té veel of té vaak plaatsvindt, raakt het beestje in ons, ons zenuwstelsel, overweldigd. (Misschien ken je de theorie van vechten, vluchten of bevriezen?). Daar hebben we rationeel of cognitief geen grip op omdat het letterlijk in een ander hersengebied gebeurt. Daarom kunnen we het dus niet wegrationaliseren, hoe intelligent je ook bent en hoe goed je de situatie ook overziet. We verliezen dan de verbinding met ons lijf, onze emoties, onszelf en met de wereld om ons heen. De gevolgen van zo’n trauma wordt soms pas veel laster voelbaar en kunnen dan – vaak onbegrepen- fysieke, emotionele en mentale klachten veroorzaken.
Somatic Experiencing
Somatic Experiencing is een lichaamsgerichte methode voor traumaverwerking – ontwikkelt door Peter Levine – die zich richt op de reactie van ons zenuwstelsel op gebeurtenissen. Omdat trauma niet rationeel kan worden weggedacht en de gevolgen vaak later voelbaar zijn, helpt deze methode bij het herstellen van de verbinding met ons lichaam en onze emoties.
Somatic Experiencing
Een zachte en effectieve aanpak
Via Somatic Experiencing kun je werken aan trauma en de reactie van jouw zenuwstelsel, om het uiteindelijk los te kunnen laten. Het is niet nodig om je trauma op een pijnlijke manier her te beleven; we concentreren ons op je lichaam, dat via instinctieve reacties jouw verhaal vertelt. We gaan stap voor stap, op het tempo dat jouw lichaam nodig heeft om te verwerken wat er te veel, te snel en te groot is geweest. Somatic Experiencing richt zich op het herstellen of vergroten van het vermogen van jouw lichaam tot zelfregulatie en veerkracht.
Binnen Somatic Experiencing gebruik ik ook elementen van aanverwante theorieën en methoden, zoals Gabor Maté’s “When the Body Says No”, Bessel van der Kolk’s “The Body Keeps the Score”, de Polyvagaaltheorie van Deb Dana en Stephen Porges, en het persoonlijkheidsdelenmodel van Janina Fisher.